Palmpasen in beide kerken
Op zondag 25 maart wordt in beide kerken Palmpasen gevierd. In de Mariakerk om 9:30 uur, in de Willibrordkerk om 11:00 uur.
Maak samen met jullie kinderen thuis een Palmpasenkruis en breng dit mee naar de kerk. De kinderen gaan vanuit de kerk naar de kindernevendienst. Hier wordt uitgelegd wat de betekenis is van het Palmpasenkruis met al die kleuren, snoepjes, rozijntjes, mandarijntjes en eitjes.
Daarna wordt het verhaal over Jezus, die op een ezeltje Jeruzalem binnenkomt, verteld en met de kinderen gespeeld. De kinderen vormen dan een haag met hun Palmpasenkruizen om Jezus te begroeten: ‘Hosanna!’.
Deze Palmpaaskruizen worden niet naar huis meegenomen, maar gebracht naar zieken en ouderen in de parochie die niet meer zo eenvoudig naar de kerk kunnen komen. Jullie krijgen hiervoor een adres, of gaan samen naar een zorghuis. Vertel alvast thuis aan de kinderen dat ze iets maken voor iemand anders, en waarom dat zo mooi is om te doen!
Voor vertrek worden de kinderen en hun Palmpaasstokken gezegend en lopen we in processie door de kerk.
Zo maak je thuis een Palmpasenkruis
- Een plat kruis maken
Neem twee houten latten of stokken. Eén stok van ongeveer 50 centimeter en eentje van ongeveer 30 centimeter lang. Afhankelijk van de grootte van het kind, kan de stok natuurlijk groter of kleiner worden gemaakt (bijvoorbeeld in de verhouding 60 centimeter en 40 centimeter, etc).
De langste lat (hoofdlat) ga je verticaal gebruiken, de kortste lat horizontaal. Met de kortste lat vorm je dus een kruis op de hoofdlat, door de korte lat ongeveer 2/3 van de onderkant, op de grote lat te bevestigen. Spijker of schroef de latten aan elkaar vast in de vorm van een kruis of bind de latten met touw stevig aan elkaar.
Sla tenslotte bovenop de top van het kruis in het midden een dikke spijker, waarop later het broodhaantje kan worden geprikt.
- Het hout omwikkelen
Omwikkel de latten met gekleurd papier of lint, zodat je het hout niet meer ziet. Elke kleur die je kiest heeft een betekenis, dat gaan we ontdekken tijdens de kindernevendienst.
- Het versieren van het kruis
Maak met een grote naald en stevig draad één of meerdere slingers van bijvoorbeeld pinda’s, rozijnen, eitjes, gekleurd snoep en gedroogd fruit. 12 pinda’s of snoepjes staan voor de 12 apostelen, 30 rozijnen staan voor de 30 zilverlingen waarvoor Judas Jezus verried. Eitjes staan voor het nieuwe leven en de grot die open breekt. Mandarijntjes staan voor de zure azijn die Jezus aan het kruis moest drinken. Het broodhaantje doet ons natuurlijk aan Petrus denken die de haan hoorde kraaien, maar ook aan de nieuwe dag die aanbreekt: Jezus die verrijst!
Hang de slinger(s) over en aan de horizontale stok van het kruis. Je kunt deze ook met punaises in het hout vastzetten.
